Bedrijven zijn verplicht hun machines en installaties die in explosiegevaarlijke zones gebruikt worden, periodiek te inspecteren.
Elektrische installaties in zonegebieden moeten daarbij beoordeelt worden aan de hand van NEN-EN IEC 60079-17. Hierbij wordt onder andere beoordeeld of de aanwezige elektrische componenten in overeenstemming zijn met de vastgestelde zones: dit kan worden vastgesteld op basis van o.a. Ex-markeringen op apparatuur waarbij van belang is of de juiste categorie is toegepast, welke gasgroep en welke temperatuurklasse is gekozen.
Daarnaast wordt beoordeeld of machines en installaties voldoende geaard zijn en of potentiaal vereffening afdoende is geborgd. Metingen kunnen onderdeel uitmaken van deze inspecties.
Deze inspectie moet dus niet verward worden met de in Nederland bekende NEN 3140 inspecties. Dergelijke inspecties zijn met name gericht op de elektrische (aanrakings) veiligheid van apparatuur.
Naast het elektrische equipement moet niet-elektrisch / mechanisch equipement uiteraard ook veilig zijn voor gebruik in explosiegevaarlijk gebied. Equipement dat voor 1 juli 2003 is aangeschaft, behoefte destijds nog niet te voldoen aan de Atex 114 richtlijn. Gebruikers van dergelijk equipement zijn verplicht om op basis van de Atex 153 richtlijn (voorheen ATEX 137) te beoordelen of dit equipement veilig gebruikt kan worden in explosiegevaarlijk gebied.
Equipement dat na 1 juli 2003 is aangeschaft zou door de desbetreffende fabrikanten conform de Atex 114 richtlijn (voorheen ATEX 95-richtlijn) geleverd moeten zijn. Dat betekent dat dergelijke apparatuur veelal voorzien zal zijn van een Ex markering.
Ook uw mechanische equipement kunnen wij op basis van de vastgestelde zoneringen beoordelen op hun geschiktheid voor gebruik in de zone.